Hoeveel procent van de bebouwde oppervlakte in Limburg is oppervlakte voor bedrijvigheid en hoe evolueerde dat cijfer? Dat leren we uit de statistieken van de bodembezetting van het kadaster.
28 juni 2023
De statistieken van de bodembezetting uit het kadaster (bron: StatBel) omvatten onder meer de oppervlakte voor bedrijvigheid. De oppervlakte voor bedrijvigheid is een onderdeel van de bebouwde oppervlakte en omvat de oppervlakte van percelen met ambachts- en industriegebouwen, opslagruimten, kantoorgebouwen en gebouwen met handelsbestemming. We bekijken hoeveel procent van de bebouwde oppervlakte ingenomen wordt door bedrijvigheid.
In Limburg ligt het percentage van de bebouwde oppervlakte ingenomen door bedrijvigheid hoger dan in heel Vlaanderen: in 2022 ging het om 16,9% in Limburg en 15,6% in Vlaanderen. Tussen 2012 en 2022 lag het cijfer van Limburg het hoogst in 2018 en 2019 (17,3%), waarna het van jaar tot jaar licht daalde. In heel Vlaanderen stellen we tussen 2012 en 2022 een licht dalende trend vast: dalend van 16,1% naar 15,6%.
Het percentage bebouwde oppervlakte dat ingenomen wordt door bedrijvigheid in Limburg verschilt heel sterk van gemeente tot gemeente: in 2022 varieerde het tussen 1,0% (in het kleine Herstappe) en 33,0% (in Tessenderlo).
Tessenderlo (33,0%) en Genk (31,0%) zijn de twee gemeenten met veruit het hoogste aandeel bebouwde oppervlakte voor bedrijvigheid. Ook Bree (24,4%), Maasmechelen (21,9%), Dilsen-Stokkem (21,5%), Pelt (21,0%), Lommel (20,9%), Sint-Truiden (20,9%) en Ham (20,6%) scoren hoger dan het Limburgs gemiddelde. In het kleine Herstappe (1,0%), maar ook in de gemeenten Leopoldsburg (4,0%), Heers (4,5%), Voeren (5,5%), Kortessem (5,8%) en Hechtel-Eksel (5,9%) is het percentage bebouwde oppervlakte voor bedrijvigheid veel lager dan in heel Limburg.