Hoe evolueerde het aandeel nieuwkomers onder Limburgse meerderjarigen tussen 2014 en 2019? In welke gemeenten was dit aandeel het hoogst in 2019?
17 februari 2021
Volgens het Vlaamse Inburgeringsdecreet zijn nieuwkomers personen die zich recent, voor het eerst en voor langere duur in Vlaanderen komen vestigen. Personen die hier slechts tijdelijk verblijven, worden niet als nieuwkomers beschouwd. Concreet gaat het om de som van:
In de periode 2014-2019 was 2016 het piekjaar wat het aandeel nieuwkomers per 1.000 meerderjarigen betreft, zowel in Limburg (9,0) als in heel Vlaanderen (9,9). Tussen 2014 en 2016 steeg het in Limburg van 5,4 naar 9,0, om het jaar erna weer te dalen naar 6,5. Vanaf 2017 ging het weer omhoog, tot 8,3 in 2019. Limburg volgt hiermee de curve van Vlaanderen, die weliswaar wat hoger ligt dan die van Limburg.
In 2019 hadden vier Limburgse gemeenten een veel hoger aandeel nieuwkomers dan gemiddeld voor heel Limburg (8,3 per 1.000 meerderjarigen): Houthalen-Helchteren (22,1), Lommel (19,1), Lanaken (17,3) en Voeren (15,9). Ook in Hamont-Achel (14,3), Sint-Truiden (13,7) en Riemst (11,4) lag het aandeel nieuwkomers nog hoger dan in heel Limburg. In het kleine Herstappe (0,0) was er geen enkele nieuwkomer in 2019, in Gingelom bijna geen (0,6). Beide gemeenten scoorden daarmee veel lager dan gemiddeld wat het aandeel nieuwkomers betreft.